Mirjam Westen brengt hommage aan Liesbeth Brandt Corstius

  • Door VVMA
  • 15 april 2023
  • 0
  • 776 Views

“Ik ga hier geen kritisch betoog houden”, zegt Mirjam Westen, “maar juist een enthousiast verhaal over iemand die enorm veel heeft betekend voor de kunstwereld”.  Met deze openingswoorden zette kunsthistorica en voormalig conservator van Museum Arnhem de toon voor haar lezing over Liesbeth Brandt Corstius. De presentatie ‘Ik heb het tij weer mee’ was georganiseerd door de Vereniging Vrienden Museum Arnhem en Wijkcentrum Bakermat – in de Arnhemse Burgemeesterswijk waar Liesbeth woonde. Voor een volle Rembrandtzaal – ruim 100 bezoekers – besprak Mirjam de invloed, en een aantal aankopen, van Liesbeth die van 1982 tot 2000 directeur was van Gemeentmuseum Arnhem, daat ze omdoopte tot Museum voor Moderne Kunst Arnhem..

Het tij

“Toen Liesbeth aantrad als directeur werd de museale wereld nog beheerst door mannen”, aldus Mirjam. Maar toch werd zij met open armen ontvangen, niet het minst vanwege haar indrukwekkende CV. Zij was bijvoorbeeld zeven jaar conservator moderne kunst bij museum Boijmans-Van Beuningen, deed vijf jaar de eindredactie van het tijdschrift Museumjournaal, werkte als redacteur voor het feministische maandblad Opzij en organiseerde controversiële tentoonstellingen als Feministische Kunst en De kunst van het moederschap. Ook was ze in 1978 een van de oprichters van de Stichting van Vrouwen in de Beeldende Kunst (SVBK)..

Liesbeth Brandt Corstius

Bij haar aanstelling in Arnhem liet ze direct een frisse wind waaien door het museum. Het was tot dan toe niet toegestaan dat conservatoren met elkaar vergaderden – dat deden ze dus toch, buiten het museum in een café bij  station Arnhem. Ook waren er geen financiële medewerkers en geen PR-afdeling. Liesbeth streefde naar een  professionele, zo plat mogelijke organisatie en hield – voor het eerst – personeelsvergaderingen waarbij het voltallige personeel aanwezig was en inbreng van iedereen op prijs werd gesteld. Geheel in de progressieve geest van die tijd vond ze ook dat mensen die met hun handen werken evenveel moesten verdienen als mensen die met hun hoofd werken. Dat is er nooit van gekomen, maar wel zorgde ze dat de salarisschalen van bijvoorbeeld schoonmaak- en zaalpersoneel flink stegen.

Guerillagirls.com

Vrouwen in kunst

Ze werd echter vooral bekend door haar focus op vrouwelijke kunstenaars. Al sinds de jaren ’70 werd daar steeds meer aandacht voor gevraagd, aanvankelijk met weinig succes. Voorheen gold vrouwelijk kunstenaarschap als ‘een leuke hobby’. Liesbeth zei daarover in een interview in 1996: “Toen we in 1975 met de Stichting Vrouwen in de Beeldende Kunst begonnen, kende ik geen enkele kunstenares. Maar later, toen ik werkte als redacteur bij Opzij, kende ik er honderden. Ze waren niet allemaal goed, maar er was genoeg kwaliteit. Vroeger moest je als conservator heel veel naar ateliers, nu kun je rustig naar galeries gaan, die laten tegenwoordig ook een heleboel vrouwen zien.”

SVBK demonstreert bij Stedelijk Museum

Vrouwelijke kunstenaars, conservatoren en kunststudenten vroegen met ludieke acties om meer gelijkwaardigheid. Een van die acties vond bijvoorbeeld plaats in 1984 bij La Grande Parade, de afscheidstentoonstelling van directeur Edy de Wilde van het Stedelijk Museum in Amsterdam. Daar was vrijwel geen werk van vrouwen te zien, dus er werd op de trappen van het museum gedemonstreerd onder het motto ‘dat zit snor hier’.

Voor het Arnhems museum ging Liesbeth in haar tentoonstellings- en aankoopbeleid voortvarend te werk, Terwijl andere musea in Nederland vooral buitenlandse kunstenaars toonden, koos zij  bewust voor het werk van jonge Nederlandse kunstenaressen en kunstenaars, voor figuratie, voor experimentele presentaties, zoals de serie ’installaties in de koepel’, en voor kunstvormen als video en fotografie. Enerzijds sloot ze aan bij de bestaande collectie realisten, met werk van Charley Toorop en Marguérite Hynckes-Zahn. Anderzijds bood zij veel ruimte voor actuele kunst, die verwees naar – zoals omschreven in het beleidsplan in 1983 – werelden buiten de kunst, van onder anderen Maria Beatriz, Marlene Dumas, Ansuya Blom, Rebecca Horn, Jenny Holzer en Marjolijn van den Assem. Rode draad daarbij was dat de museale collectie voor de helft moest bestaan uit werk van vrouwelijke kunstenaars. Ze is daarom bewonderd, maar ook bekritiseerd: het Arnhemse museum werd wel eens smalend getypeerd als ‘50% kunst en 50% vrouwen’.

Liesewies

Liesbeth figureerde vanwege haar kritische standpunten zelfs in een Nederlandse editie van Donald Duck. Aanleiding was het feit dat het museum, tegen de zin van Liesbeth, entreegeld moest gaan heffen. In het blad vermomde Dagobert zich als Liesewies Brodt Corstjes, om zo gratis toegang tot het museum te krijgen.

Laatste tentoonstelling

Mirjam Westen werkte als conservator vanaf 1991 samen met Liesbeth. Aan die samenwerking kwam een onverwacht einde toen Liesbeth bij de organisatie van de tentoonstelling ‘Elck zijn waerom’ (1999…2000) Mirjam overrompelde met de mededeling: “Dit is mijn laatste tentoonstelling”. Die tentoonstelling, die bijzonder veel belangstelling trok, kwam tot stand onder leiding van Liesbeth Brandt Corstius en Paul Huvenne, directeur van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten en wasinhoudelijk voorbereid door Katlijne Van der Stighelen (Antwerpen) en Mirjam Westen (Arnhem). Een baanbrekende tentoonstelling, gewijd aan vrouwelijke kunstenaars in België en Nederland van 1500 tot 1950.

Liesbeth vond het tij om afscheid te nemen en ging in 2000 met vervroegd pensioen. Tot aan haar overlijden op 12 augustus 2022 bleef ze enorm betrokken bij kunstenaars uit Arnhem en vooral geïnteresseerd in nieuw talent en nieuwe ontwikkelingen.

Kunstenaar en wijkgenoot Albert van der Weide haalt in een column herinneringen op aan zijn persoonlijke contacten en samenwerking met Liesbeth. Lees hier zijn column ‘Gepassioneerd en met overtuiging’.

Zie ook ‘Aankopen van Liesbeth Brandt Corstius in museumkoepel’

Op dinsdag 9 mei spreekt Mirjam Westen op de themaochtend Vrouwelijke kunstenaars in de eerste helft van de twintigste eeuw

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *